Skip to main content

Tussen al het geweld van nieuwe Porsche modellen dit jaar, ook tijd en aandacht voor een klassieker. Ron Bruijn, eigenaar van softwarebedrijf PlusPort stelde zijn Carrera 3.2 WTL uit 1984 beschikbaar voor een classictest.

Het 911 Carrera 3.2 model werd door Porsche in 1984 geïntroduceerd als opvolger van de fameuze 911 SC. De Porsche engineers waren zo overtuigd van de nieuwe auto dat deze voor het eerst de naam Carrera mocht dragen. Tot die tijd was dat exclusief voorbehouden aan gelimiteerde series racemodellen. In die tijd vonden velen het overigens heiligschennis om een Carrera badge op een ‘ordinaire’ straatauto te plakken.

De nieuwe 3.2 liter motor met type aanduiding 930/20 bestond voor 80% uit nieuwe onderdelen ten opzichte van de 930/10 3.0 liter motor van de SC. Het vermogen nam met 27 pk toe tot 231 pk bij 5900 t/min. en het koppel ging omhoog met 17 Nm tot 283 Nm. De grootste vernieuwing zat in de toepassing van de nieuwe Bosch MDE control unit in de motor, die veel mechanische functies overbodig maakte (zoals een mechanische toerenbegrenzer) en die de motor veel efficiënter maakte. Ondanks het toegenomen vermogen ging het verbruik met 10% omlaag. De 915/67 vijf-versnellingsbak werd ongewijzigd uit de SC overgenomen. Deze had zich meer dan voldoende bewezen in diverse racemodellen die schittereden op Le Mans. Door deze vernieuwingen wist de Carrera 3.2 de sprint van 0 – 100 km/u in ca 5,7 seconden te volbrengen en een top van 216 km/u te bereiken.

Uiterlijk werd er nauwelijks iets veranderd aan het SC model. De nieuwe Carrera kreeg voor het eerst geïntegreerde mistlampen in plaats van de niet al te fraaie losse exemplaren op de SC en – uiteraard – schitterde de Carrera badge nu op de achterkant. Ook in het interieur waren de wijzigingen minimaal.

De fameuze 930 Turbo met de 3.3L 300 pk motor, bijgenaamd ‘The widow maker’ werd in 1978 geïntroduceerd en Porsche zag in 1984 nog geen aanleiding om dit model te vernieuwen, anders dan de minimale wijzigingen in het interieur en exterieur die van de Carrera 3.2 werden overgenomen. De 930 Turbo was in verband met de geldende emissie eisen niet leverbaar in de USA. Omdat aan de overkant van de plas met grote afgunst werd gekeken naar de Turbo-looks van de 930, besloot Porsche om een Turbobody kit te ontwerpen voor de Carrera 3.2 In de officiële specificaties werd dit WTL, of Werks Turbo Look genoemd, met als optienummer het M491 pakket. Dit was de eerste keer dat Porsche een dergelijke kit beschikbaar stelde. Behalve de body panelen van de 930 Turbo, omvatte optie M491 ook de vering, remmen, de achterspoiler en de grotere wiel- en bandenmaat van de 930 Turbo. De optie was meteen een succes op de Amerikaanse markt en werd vrijwel direct ook in Europa leverbaar.

Ron heeft de Carrea 3.2 WTL sinds 2004 in zijn bezit. In de periode tot 2010 werd de auto volledig gerestaureerd, inclusief revisie van de motor en versnellingsbak. Verder werd zo’n beetje alles vernieuwd aan de auto. Deze ziet er nu dan ook werkelijk uit als nieuw. Het enige dat nog ontbreekt is het laten polijsten en spuiten van de originele Fuchs velgen. In 2010 werd de auto getaxeerd op een bedrag van € 27.500,- Dat is ongeveer gelijk aan de vraagprijs voor een hele mooie 964 uit de periode 1990-1992. De auto heeft inmiddels een slordige 285.000 kilometers afgelegd.

Ik heb deze auto een paar dagen tot mijn beschikking gehad en heb er dus uitgebreid mee kunnen rijden. Het gevoel is niet heel anders dan in een 964, behalve dat de Carrera 3.2 aanzienlijk lichter stuurt dan de 964. De bediening van de versnellingsbak is een heel ander verhaal. Vergeleken met de 964 heeft de pook een hele lange slag en je moet heel precies plaatsen en timen. Het koppelingspedaal vraagt ook aanzienlijk meer kracht. Heel snel schakelen is wel mogelijk, maar dan moet er absoluut tussengas gegeven worden, zeker bij het terugschakelen.

De auto stuurt werkelijk snaarstrak en ligt als een blok op de weg. De uitgebreide restauratie heeft zijn vruchten afgeworpen want je hebt geen moment het gevoel in een klassieker te rijden. Het interieur is ook al erg vergelijkbaar met de 964 (en met de 993). Dit is nog de echte spartaanse 911-look. Het dashboard met de 5 klokken blijft prachtig en is in alle eerlijkheid veel mooier dan dat van de 996-997-991 generaties, ook al zou je kunnen zeggen dat het niet meer van deze tijd is.

Je kunt met deze auto heerlijk om een rotonde gummen met een tikkeltje overstuur dat goed controleerbaar is. De acceleratie is fantastisch, en het bijbehorende uitlaatgeluid is een feestje. Tegelijkertijd is de auto heel comfortabel op het moment dat je rustig op de snelweg aan het cruisen bent. Van een aantal buren die de auto uitgebreid bewonderen krijg ik het commentaar: “Ja, dat is toch wel de echte originele 911!”

Mijn ervaring met oudere modellen, is buiten een klein stukje sturen met een 356, beperkt tot een 964, die nog steeds geen classic genoemd mag worden. Ik ben enorm verrast over het solide gevoel dat de Carrera 3.2 je geeft en de beleving. Natuurlijk zijn de remmen van de 964 al weer een stuk beter en is de koppeling wat minder zwaar en de versnellingspook makkelijker hanteerbaar. Maar die laatste twee zaken zijn geen nadeel, het hoort bij de leeftijd en het karakter van de auto. Voor een auto van meer dan 25 jaar oud is het eigenlijk onvoorstelbaar dat je er zo veel plezier aan kunt beleven, ook als je aan hele moderne auto’s gewend bent.

De Carrera 3.2 van Ron is absoluut een juweeltje dat het verdient om gekoesterd te worden, zowel qua uiterlijk als qua rijeigenschappen. Of we deze auto ooit nog in de PCH gelederen zien verschijnen is maar de vraag. Aan het eind van dit jaar werd hij ingeruild voor een 991 die in februari 2012 geleverd zal worden. Uiteraard een witte, met zwarte wielen, als hommage aan deze fantastische klassieker.

Henry de Vaal